Chief Data Officer: Hype of hoognodig?

Data is het nieuwe goud. Of olie. Of zuurstof. Wat de metafoor ook is: organisaties verdrinken erin, terwijl ze proberen te leren zwemmen. In dat turbulente speelveld verschijnt de Chief Data Officer (CDO) als redder in nood. Of… als symbolische functie zonder mandaat? Is de CDO een hype of een hoognodige rol voor de toekomst? Wat maakt een CDO effectief, en wat doet zo iemand eigenlijk de hele dag?
Waarom een CDO?
De opkomst van de CDO is geen toeval. Organisaties zitten midden in een digitale transformatie, waarin wetgeving (zoals de GDPR, AI Act, Data Governance Act) en maatschappelijke verwachtingen dwingen tot meer grip op data.
Tegelijk ontstaat er een ongekende kans om met data publieke waarde te creëren, efficiënter te werken en betere besluiten te nemen. Maar wie overziet het geheel? Wie zorgt ervoor dat data geen IT-feestje blijft, maar strategisch eigendom wordt?
Daarom dus: de CDO.
"Een CDO verbindt technologie, organisatie en samenleving via data."
Hype of hindernis?
Toch worstelen veel organisaties met deze rol. In veel gevallen krijgt de CDO geen echt mandaat. Er is geen budget, geen team, geen formele zeggenschap over datamanagement, laat staan over het AI-beleid. Sommige organisaties verwachten dat de CDO alles oplost — zonder bevoegdheden. Daarmee wordt het een papieren tijger.
“De CDO is als een chef-kok zonder keuken. Je moet iets briljants koken, maar je krijgt de pannen niet mee.”
Wat maakt een CDO wél succesvol?
Een succesvolle CDO weet organisaties wakker te schudden zonder ze te overrompelen. Belangrijke ingrediënten:
- Mandaat én netwerk: formele bevoegdheid is mooi, maar relationele macht telt zwaarder. De beste CDO’s kunnen schakelen met directie, wetgeving, IT én operatie.
- Twee benen op de grond: één in de techniek, één in de praktijk. Begrip van semantiek, architectuur, governance én van werkprocessen, politieke gevoeligheden en klantbeleving.
- Missionaris én strateeg: je bouwt draagvlak, maakt data tastbaar én verbindt het aan organisatiedoelen. Dat vraagt energie, visie én realiteitszin.
- Kleine stappen, grote dromen: succes zit vaak in concrete use cases, niet in grootse plannen. Bouw momentum op met zichtbare waarde.
Wat voor type moet je zijn?
Een CDO is geen klassieke manager. Je moet kunnen pionieren in een grijs gebied tussen afdelingen. Het is een rol voor mensen die kunnen verbinden, sturen zonder formele macht, en vasthoudend blijven bij weerstand. Idealiter ben je:
- Communicatief sterk (ook met sceptici)
- Ethiek- en risico-bewust (data is geen speeltje)
- Strategisch én operationeel
- Politiek sensitief
- Veerkrachtig
Kortom: je bent een bruggenbouwer met een digitale ruggengraat.
Wat doet een CDO op een dag?
Elke dag is anders, maar denk aan:
- Strategie: ontwikkelen en actualiseren van data-, AI- en algoritmebeleid.
- Governance: structuur geven aan eigenaarschap, kaders, ethiek en toezicht.
- Cultuur: trainen, inspireren en communiceren over datagedreven werken.
- Afstemming: schakelen met CIO, CISO, juristen, beleidsmakers, ketenpartners.
- Monitoring: assessments begeleiden, dashboards opzetten, audits voorbereiden.
- Projecten: use cases prioriteren, businesscases onderbouwen, resultaten evalueren.
Wat moet je weten?
De basiskennis van een CDO is breed. Denk aan:
- Frameworks zoals DAMA/DMBOK, NORA, GEMMA, EDM Council, Data Maturity modellen.
- Wetgeving zoals AVG, AI Act, DSA, Wet Open Overheid, en sectorale wetten.
- IT-architectuur en semantiek (NEN-standaarden, MIM, RDF, SHACL, etc.).
- Organisatiekunde en verandermanagement.
- Ethiek en publieke waarde (denk aan Mark Moore's Strategic Triangle).
En vooral: je moet continu blijven leren. Data verandert, en jij moet mee.
Tot slot
De CDO is geen hype, maar een antwoord op een structureel probleem: het gebrek aan grip op data in een complexe, digitale wereld. Maar zonder mandaat is het een rol vol risico’s. Een CDO moet méér zijn dan een functietitel; het is een sleutelrol in de transformatie naar een datagedreven organisatie.
Dus: geen held in een ivoren toren, maar een aanjager van cultuurverandering. Geen tovenaar, maar een strateeg met visie én voeten in de modder.
